Uit de bosrijke savanne in het oosten van Zimbabwe rijst een mysterieuze ruïne op. Lange stenen muren steken uit boven het hoge gras. Dit is Groot-Zimbabwe, ooit een rijke handelsstad uit de Afrikaanse middeleeuwen, nu het Great Zimbabwe National Monument dat op de Werelderfgoedlijst staat.
Goud en invoor
Al in de zestiende eeuw hoorden ontdekkingsreizigers over een grote stad die diep in het hart van Afrika zou liggen. Een handelsstad in Zimbabwe, waar kopers en verkopers van goud en ivoor elkaar troffen. Op de route naar de havens van Mozambique waar de schepen van de Europese handelaren wachtten.
Desastreuze archeologie
Vicente Pegado, een Portugese kapitein, schreef in 1531 over de geruchten die hij had gehoord: 'Tussen de goudvelden van Limpopo en Zambezi ligt een fort, gebouwd met stenen en van een ongehoorde grootte. De muren zijn niet gemetseld. Dit bouwwerk ligt op een heuvel, omringd door heuvels met gelijksoortige gebouwen. Eén van die gebouwen is een toren van wel twaalf vadem hoog.'
In de negentiende eeuw trekken Europeanen naar de ruines om wetenschappelijk onderzoek te doen. De 'archeologen' hebben echter een bedenkelijke reputatie. Het zijn veelal vrienden van de nieuwe bazen van zuidelijk Afrika: Europese kolonisten zoals Cecil Rhodes. Het onderzoek in Groot-Zimbabwe verloopt dan ook desastreus. De ruines worden vernield en de bevindingen van de onderzoekers zijn zeer bedenkelijk.
Ruines in rassenstrijd
Het is volgens hen onmogelijk dat zwarte Afrikanen de stad hebben gebouwd. Ze concluderen dat het waarschijnlijker is dat Arabieren of zelfs blanken de Afrikanen hebben geadviseerd. Een zwarte zou een dergelijk groots bouwwerk immers nooit kunnen maken. En zo wordt Groot-Zimbabwe, een bouwwerk uit het hart van Afrika, inzet van de rassenstrijd.
Tijdens de onafhankelijkheidsoorlog in Rhodesië in de jaren zestig en zeventig zijn het juist de Afrikaanse Nationalisten die de ruines als paradepaardje gebruiken. Zij hebben in elk geval een basis voor hun trots: vele gerenommeerde archeologen hebben dan al geconcludeerd dat de stad is gebouwd door zwarte Afrikanen. De blanke kolonisten zetten de archeologen prompt het land uit.
Mysterieus verlaten stad
Welk volk er in de stad gewoond heeft, blijft wellicht altijd een mysterie. De Shona, de Ndebele of toch de Lemba? Vanaf de derde eeuw na Christus leven er mensen op de plek van Groot-Zimbabwe. De weides rond de plek zijn vrij van de dodelijke tsetse-vlieg. Met de opbrengsten van hun vee en de handel in goud maken ze hun stad tot een groots bouwwerk.
De muren zijn op sommige plekken wel vijf meter hoog. In de ruines zie je duidelijk de vroegere pleinen, waaromheen ooit twintigduizend mensen hebben gewoond. De torens waar Pegado in de zestiende eeuw over schrijft, kijken nu uit over een lege stad van handelaren en veehoeders.
Afrikaans hart
Waarom men de stad uiteindelijk verliet, is onbekend. Een koninkrijk ten noorden van de stad nam de handel steeds meer over. Het goud rond Groot-Zimbabwe was uitgeput en de mensen trokken verder.
De Zimbabwaanse savanne nam weer bezit van de granieten muren. Nu is de natuur één geworden met de stad die door mensenhanden werd gebouwd. Maar de muren staan nog overeind. Zonder cement, als getuigenis van de rijke Afrikaanse geschiedenis die diep verborgen ligt in het Afrikaanse hart.
Wat is er te doen in Groot-Zimbabwe?
- Bekijk de muren van Groot-Zimbabwe, die op sommige plekken even glad en gelijk is als een bakstenen muur. En dat zonder cement.
- Sta aan de voet van eeuwenoude torens, die nog altijd overeind staan.
- Beklim de heuvels rond de stad en zie hoe de oude stad volledig opgaat in de wilde omgeving.
- Probeer je voor te stellen hoe de stad ooit een centrum van bedrijvigheid was, toen er bijna twintigduizend mensen binnen de stadsmuren leefden.