Tijdens je rondreis door Tanzania valt het vast op dat dit land de meest spectaculaire landschappen, dieren en stranden heeft. Maar of we kunnen zeggen dat het eten nét zo spectaculair is?
Rijst met vers gebakken vis, plakkerige Ugali, bonencurry’s… Nee, de Tanzaniaanse keuken is lang niet zo populair als de Italiaanse of Indonesische, maar kent absoluut een aantal lekkere recepten.
Eén van die gerechten is samosa. Op elke hoek van de straat zijn deze van oorsprong Indiase deeggebakjes te koop en laten het water uit je mond lopen. De driehoekige hapjes zijn gevuld met groenten of kip en op smaak gebracht met verschillende kruiden. Een perfecte snack tussen de Afrikaanse rijstmaaltijden door.
En het leuke is dat je dit niet alleen op je rondreis door Tanzania kan eten. Met dit recept tover je deze heerlijke samosa’s in no time op je eigen tafel in Nederland. Een heerlijk Kilimanjaro-biertje erbij en het lijkt net alsof je weer in Tanzania bent. Smullen maar!
Ingrediënten voor de samosa (4 personen)
Dit heb je nodig voor je eigen deeg:
- Warm water uit de kraan
- Snufje zout
- 1 eetlepel olie
- 225 gram bloem
De lekkerste vegetarische vulling maak je met…
- 1 verfrissende limoen
- 50 gram doperwten
- 250 gram aardappelen
- 1 witte ui
- Mespuntje Kurkuma
- Korianderblaadjes
- Klein stukje gember
- Snufje zout
- 1 pittige rode peper
Wat is nog meer noodzakelijk?
- Deegroller
- Frituurpan met pruttelend frituurvet
Aan de slag!
Samosa van eigen deeg:
We beginnen met het maken van het deeg. Maak een kuiltje in het bloem en strooi er zout over. Meng in het kuiltje constant een beetje bloem met olie. Voeg daarna rustig aan het water toe en kneed het mengsel met je handen tot deeg.
Zodra het deeg soepel is, pak je het in met folie en laat je het ongeveer een half uurtje rusten. Het is belangrijk dat het deeg op kamertemperatuur is, dus het hoeft niet in de koelkast.
It’s veggie time!
In de tijd dat het deeg ligt te rusten, is het tijd om de vulling te maken. Haal de schil van de aardappel en snijd deze in stukjes. Kook de aardappelen en de doperwten samen in één pan. Proef of ze beetgaar zijn, zodat ze afgespoeld kunnen worden met koud water.
Rasp de gember en limoen, hak de korianderblaadjes in stukjes, snipper de ui en snijd de peper in kleine stukjes. Wil je de samosa extra pittig hebben? Laat de zaadjes er dan in.
Verhit een pan met olie en voeg alle bovenstaande ingrediënten daarin. Zodra de ui er goudbruin uitziet, voeg je de aardappelen en doperwten toen. Roer door elkaar en breng op smaak met zout.
Tip! Ben je een echte vleeseter? Voeg dan wat kip toe aan de vulling.
Fill it up en frituren maar
Verwarm tijdens het kokkerellen de frituur op 180 graden. Verdeel het deeg in kleine stukjes en rol ze met de deegroller uit tot dunne rondjes. Vergeet niet wat bloem op tafel te gooien om plaktaferelen te voorkomen.
Snijd de cirkels doormidden, zodat je twee halve maanvormige deegplekken krijgt. Vouw de deegplakjes zodat ze op een frietzakje lijken. Zorg ervoor dat de zijkant goed vast zit, gebruik anders nog wat water om het goed te laten plakken. Vul de zakjes met de vulling, ongeveer zo veel als op een eetlepel past, en vouw de randen dicht. Druk aan met een vork om zeker te weten dat de driehoekige samosa goed dicht zit.
Leg de samosa’s in de pan en frituur ze tot ze goudbruin zijn. Laat ze even uitlekken op keukenpapier voordat je ze opdient en smullen maar!
Wil jij de authentieke samosa op locatie proeven? Bekijk dan snel alle rondreizen naar Tanzania!
