Crossen door de savanne, kanoën door drassig moeras, wandelen door de jungle. Nijlpaarden die zich verschuilen in het water, krokodillen die op de loer liggen... Een safari in Zuidelijk Afrika brengt een en al spanning en avontuur met zich mee.
Tijdens een rondreis door Zuidelijk Afrika moet je absoluut een bezoekje brengen aan een van de uitgestrekte wildparken in Zambia, Zimbabwe, Namibië en Botswana. Maar welke wildreservaten zijn de moeite waard? Om je keuze iets makkelijker te maken, hebben we de top vijf safariparken van Zuidelijk Afrika voor je op een rijtje gezet.
5. Chobe National Park, Botswana
Als je voor de olifanten naar Afrika bent gekomen, dan zit je in het Chobe National Park in noordelijk Botswana goed. Dankzij de Chobe-rivier die op de grens met Namibië ligt, loopt dit wildpark over van de waterbronnen. En daar komen veel wilde dieren regelmatig een slokje water drinken...
Het landschap van het park is divers. In het noordoosten liggen de oevers van de rivier met daaromheen groene vlaktes en bossen. In het westen zie je voornamelijk moerassen en savannes.
Het park is het thuis van de zebra, giraf, gnoe, hyena, cheetah, impala, krokodil en het nijlpaard. Maar de Kalahari-olifanten zijn de bekendste bewoners. Tijdens de droge maanden leven de olifanten rondom de Chobe-rivier. Dan zie je ze spetteren en badderen in het water tijdens een bootsafari. Als het regenseizoen aanbreekt, trekken ze landinwaarts.
4. Etosha National Park, Namibië
Om zeker te zijn van een mooi plaatje bezoek je in het Etosha National Park de vele waterholes. Olifanten, struisvogels en antilopen dringen er om een plekje aan het water. Naar dit schouwspel kijk je urenlang vanuit je jeep op slechts enkele meters afstand.
Etosha betekent ‘grote witte plek’ dankzij de immense zoutpan van maar liefst 110 bij zestig kilometer die in het oosten van het park ligt. In het regenseizoen is de pan in trek bij veel vogelsoorten. De rest van het jaar struinen springbokken, zebra’s, giraffen en neushoorns door het gebied.
3. Moremi Game Reserve, Botswana
In het noordoosten van de Okavango Delta in Botswana ligt het vijfduizend vierkante kilometer grote Moremi Game Reserve. Aan de rand van het park leeft zelfs nog het inheemse Sanvolk. Maar dieren hebben toch écht de overhand in het park, dankzij de invloed van het water uit de delta. In de drassige moerassen en op de uitgestrekte savannes loop je ze tegen het lijf.
In een uitgeholde boomstam die is omgetoverd tot een traditioneel bootje, verplaats je je door de moerassige delen van de delta in het reservaat. Tijdens je tocht spot je nijlpaarden die zich verschuilen in het water. Je moet ze niet boos maken, anders duwen ze je bootje om!
Vogelaars kijken tussen mei en augustus hun ogen uit in het reservaat. Dan vindt er een intrek plaats van ongeveer vijfhonderd vogelsoorten. Verder ontmoet je er giraffes, leeuwen, luipaarden, jakhalzen en antilopen. En met een beetje geluk zie je er de bedreigde Afrikaanse hond.
2. Lower Zambezi National Park, Zambia
Op de grens met Zimbabwe ligt het dichtbegroeide Lower Zambezi National Park. Je komt er in een weelderig oerwoud terecht. Op de Zambezi-rivier die dwars door het park loopt ga je op vissafari, maak je een boottocht of peddel je met de snelle stroming mee.
De oevers van de rivier staan vol met hangende ficussen en rietsoorten. In de vallei ernaast leeft het meeste wild. Vanuit je kano zie je antilopes grazen, buffels bunkeren en complete olifantenfamilies drinken. Leeuwen zijn niet bepaald waterratten dus die blijven op afstand. Maar spotten doe je ze zonder twijfel.
Aanmeren kan natuurlijk ook. Als je uitgepeddeld bent, ga je met de gids de jungle verkennen en op zoek naar dieren die zich niet schuilhouden bij de rivier. In het regenwoud slingeren apen zoals bavianen van tak naar tak zo om je oren. Pas maar op, je petje ben je hier zo kwijt.
1. Hwange National Park, Zimbabwe
Vlakbij de Victoria Falls in Zimbabwe ligt het Hwange National Park, waar je over 480 kilometer aan wandelpaden door het park struint. Tijdens je wandeltocht treed je het natuurlijke habitat van de Big Five binnen en kom je zelfs bedreigde diersoorten als gemsbokken tegen.
Om er zeker van te zijn dat je in dit immense nationale park van 14.600 vierkante kilometer ook daadwerkelijk veel wilde dieren spot, ga je naar de drinkplaatsen. Met name tussen juli en september loopt er dan veel wild rond. In de regentijd vanaf november trekken de dieren dieper het woud in.
Hwange is een écht Big Five-reservaat. Olifanten en buffels spot je hier met gemak, leeuwen lopen er ook geregeld rond. Voor neushoorns en luipaarden moet je nét iets meer geluk hebben. Tijdens je safari zie je daarnaast antilopen en bokken in overvloed, je bekijkt ze vanaf de ‘hiding spot’ op de zoutpannen in alle rust.
Wil jij ook op safari door Zuidelijk-Afrika én kan je niet wachten om de Big-Five te spotten? Bekijk dan hier alle rondreizen door Zuidelijk-Afrika.